Dhunputteea, I.E.

Voor Netty (Lyonette) Brandon en haar familie.

Lyonette (Nettie) BRANDON, een meisje dat op circa 11-jarige leeftijd met haar ouders van Paramaribo naar Batavia meetrok om samen het goede in het leven te kunnen vinden.

Foto’s van Nettie afkomstig uit het album 1071 van www.fotozoektfamilie.nl

Overige bronnen: Internet, GaHetNa, delpher etc.

Voor Nettie, haar ouders en vele andere “onbekenden” die het slachtoffer werden van de moordzuchtige Japanse kampleiders van het kamp Bandjermasin. Ik heb geen exacte bewijzen gevonden, dat Nettie en haar ouders het slachtoffer zijn geworden van deze moordzuchtige kampleiders, maar de overige historische stukken in acht genomen te hebben, kan het bijna niet missen.

Nettie en haar ouders kwamen terecht in het pension Haverkamp waar ik veel meer al over had geschreven. Zie ook de pagina Pension Haverkamp op deze site. Rubriek Diverse Verhalen).

 

Nettie’s oma en overgrootouders: (GaHetNa) Contractarbeidster uit India

Contractnummer B/343

Achternaam Dhunputteea

Geslacht vrouw

Godsdienst of kaste Hindoe

Leeftijd 7

Geboren Brits Indie

District Gorackpore

Politiepost Mekera

Dorp Moojhana

Kinderen nee

Scheepsnaam Engels schip Lalla Rookh

Monsternummer 394

Wervingsinstantie het koloniaal gouvernement

Afreisplaats CALCUTTA

Afreisdatum 26-2-1873

Aankomstplaats Paramaribo

Aankomstdatum 5-6-1873

Planter H. Wright/H. Knott/ S van Lierop

Plantage Plantage Alliance, Matappica, pl. Rust en Werk.

Begindatum contract 8-6-1873

Einddatum contract 8-6-1878

Memo-veld Ter verzorging uitbesteed aan de gezagvoerder van pl. Hooyland
(Ag 1875 No 11 missieve van de Agent Generaal No 13 January 1875
No 11).
Later bij mej. U.L.M.A. Douglas te Paramaribo, zie No 342/B).
Op 13 november bevallen van een zoon gen. Henry Robert (Ag 1889
No 865).
Kinderen:- Henry Robert; geb. 13-11-1889
– Irene Emmeline; geb. 24-01-1886
– Archibald Alexander; geb. 16-04-1885;
Volgens opgave van de moeder geboren op Waterloo.
Dhunputteea 343/B heeft erkend bij akte van 7 Aug. 1919 te Par’bo
de kinderen:
– Archibald Alexander; volgens opgave van de moeder geboren op
Waterloo.
– Irene Emelina; Moeder van Nettie.
– John Alexander;
Henri Robert heeft zich, ingevolge de verordening van 3 Juli 1916
G.B. 1918 den geslachtsnaam van Ferrier gekozen; zie brief A.G.
v/d Ambtenaar B.S. te Paramaribo dd. 19 Mei 1919, No 558/V.
Archibald Alexander heeft zich, ingevolge de verordening van 3
Juli 1916 G.B. 1918 de geslachtsnaam van Jinta gekozen; zie brief
A.G. v/d. Ambtenaar B.S.
John Alexander, zoon van Dhunputteea, geb. 20 Juli 1906, heeft
zich op 20 Sept. 1926 gekozen de voornamen van: John Alexander
Stanley en den geslachtsnaam van Dhunputteea.
Dhunputteea overleden 27 Mei 1944 te Paramaribo.

Familie
dochter van B/340
dochter van B/341

Gerelateerde inhoud
Familierelatie (2) Achternaam Voornamen Familie
B/340 Ramdeehul Udhin man van B/341
B/341 Beerunjeea Munny vrouw van B/340

 

De vader van Nettie was Leo Gijsbertus Brandon en ik heb me niet gewaagd aan een verder onderzoek over de familienaam Brandon, want er waren er velen, velen, velen van.

Leo was administrateur op een rubberonderneming en huwde Irene Emmelina Dhunputteea circa eind april 1922. Irene was een kantoor medewerkster.

  • Een bijkomstigheid: Volgens GaHetNa was Irene Emmeline geboren op 24 jan 1886 (zie boven) en volgens het OGS werd zij geboren op 24 jan 1896 (zie dossier OGS bij het NA)  Het scheelt maar 10 jaren, is niet veel als je het vlug zegt. GaHetNa noemt haar Emmeline of EMELINA, daar waar het OGS haar noemt EMMELINE. Scheelt ook maar en klein bietje toch… Ik kwam eens keer (voor eigen behoefte) iets dergelijks melden bij een gemeente kantoor in het durp waar ik verblijf…. Goeie morgen, wat een heisa maakte men om één verkeerde letter gecorrigeerd te krijgen…..Ik heb ze hun zin gegeven (door mijn verzoek in te trekken, zodat zij verder konden dutten) en me omgedraaid en gedag gezegd.

Nettie werd als eerste geboren uit dit gezin en eind november (circa) werd geboren haar broer Rob Brandon.

Ik heb niet kunnen vinden wanneer en waarom precies vader Leo en zijn gezin naar Batavia vertrokken. In het fotoalbum heb ik ook geen foto kunnen vinden van de kleine Rob. Hij zal wellicht wel in het album te zien zijn.

Een hele nare trieste bijkomstigheid is het feit, dat de vader van de oudste broer van Irene Emmeline Dhunputteea een Japanse ingenieur, werkzaam op de plantage destijds, was en spoorslags zijn biezen pakte en terugkeerde naar Japan. (Bron: http://werkgroepcaraibischeletteren.nl/mallemolen-van-surinaamse-personages-en-hun-namen-1/)

 

Hoe precies Nettie en haar ouders in het kamp Bandjermasin terechtkwamen is mij ook niet duidelijk gebleken. In elk geval werden zij en vele andere kampbewoners het slachtoffer van een leidinggevende Japanse moordenaarsbende. Ik ga daar niet over uitwijden op deze pagina, maar in elk geval hieronder een tweetal krantenknipsels over de terechtstelling van deze oorlogsmisdadigers.

 

Moge Nettie, haar mede slachtoffer familieleden en de andere slachtoffers hun eeuwige vrede en rust hebben.

Net als menig ander keer kwam er een eind aan jonge levens.

 

Terzijde:

Een bekend familielid van Nettie was haar neef , de latere wijlen eerste President dr. Johan Henri Eliza Ferrier (1910 – 2010)

Het is meestal niet aan landskinderen gegeven opzienbarende fenomenen binnen eigen samenleving en landsgrenzen te ontdekken. Dit voorrecht lijkt meer toevertrouwd aan overzeese deskundigen.
Voor surinamist John Jansen van Galen die dichter Dobru onvergetelijk heeft gemaakt met de vertaling van de titel van diens uitgave Wan monki fri (= Een stukje bevrijding) als “Een vrije aap”, stelt het schrijven over de voormalige Nederlandse kolonie en zijn bewoners kennelijk geen al te grote uitdaging voor. Nog voor de presentatie van zijn uitvoerige beschouwing over het economisch verval van de “kapotte plantage” (2009), had de journalist-schrijver zich al laten kennen als autoriteit van de familiegeschiedenis van Johan Ferrier. Voor hem was het derhalve “ Geen wonder dat de Japanse ingenieur, de vader van Dhunputteas’s eerste kind, de suikerplantage in Nickerie de rug toekeert en teruggaat naar zijn geboorteland. ” (Laatste Gouverneur, Eerste President. Tweede druk, 2005: 13)
Verbazingwekkend is wel dat in deze ene volzin talloze argeloze lezers worden geconfronteerd met een onjuiste voorstelling van verschillende zaken.
Voor de duidelijkheid: oma Dhunputteea B/343 was 1873 op 7-jarige leeftijd samen met ouders en broers vanuit Calcutta naar Suriname geëmigreerd op het Engelse schip Lalla Rookh. Ter plaatse werd het gezin met andere contractarbeiders te werk gesteld op de plantage Alliance in het district Commewijne. Zij werd moeder van drie zoons en een dochter.
Henry Robert (geb. 1889), tweede zoon van Dhunputteea B/343 en vader van Johan, koos 1919 te Paramaribo zelfstandig als enige van de vier kinderen de geslachtsnaam van Ferrier, zo voor zichzelf als voor zijn minderjarige kinderen.
Zie voor meer gegevens over Dhunputteea B/343 en haar kinderen: www.gahetna.nl; WO II en Suriname: Langs Nederlandse erevelden in Indonesia, in De West van 30-09-2013) en Van Schaick: Johan Henri Eliza Ferrier, in Wi Rutu van december 2013.

 

Het bovenstaande is een uitreksel van de website:

http://werkgroepcaraibischeletteren.nl/mallemolen-van-surinaamse-personages-en-hun-namen-1/

Zou wijlen de heer President Johan Henri Eliza Ferrier (en andere familieleden), het lot van zijn nicht Nettie en haar ouders Leo Gijsbertus Brandon en Irene Emmeline Dhunputteea gekend hebben?

Zie voor meer informatie over contractarbeid in Suriname deze link:

https://www.historischnieuwsblad.nl/nl/artikel/26994/misleide-migranten.html

 

Terug naar boven