Apcar – Vardanian

G.J. Apcar gehuwd met (voornaam onbekend) Vardanian.

Wie was hij? Dat is mij tot op heden 4 dec 2019 nog steeds niet bekend.

Wie was zijn echtgenote Vardanian? Idem als boven. In de almanakken wordt ook geen voornaam genoemd.

Was hij familie van de gebroeders Apcar zoals ik hen heb benoemd op de pagina’s George Lazar Apcar en Sarkies Lazar Apcar? Jawel. Maar ik kan het niet documentair bewijzen, aangezien ik geen toegang heb tot de archieven van Nieuw Julfa.

Ik baseer mijn mening op het feit, dat hij werkzaam was bij de grote baas Golan Apcar van Galoehan Estate te Nagdiloewih Kediri Tulungagung.

In elk geval was hij gehuwd met mevr. (voornamen??) Vardanian hoogstwaarschijnlijk te Nieuw Julfa in 1922 en van daaruit naar voormalig Nederlands Indië getrokken, wellicht na bespreking/overleg met de familie.

Uit het huwelijk een dochter Mathilde (+voornaam) Apcar geboren 26-10-1923 (Krantenbericht), welke hieronder te zien is op de foto’s die ik uit de Moesson Online heb gedupliceerd. Ik heb geen andere kinderen uithuwelijk kunnen vinden.

Wat me opvalt is het feit, dat Mathilda op beide foto’s zo’n beetje “erbuiten” staat. In elk geval niet midden in de groepjes.

 

 

Kortom op de onderneming van Golan Apcar waren als stafmedewerkers onder andere de heren G.J. Apcar en J.C. Jordan.(De laatste bekend in Armeense kringen vanwege zijn boek). Jordan was tevens aangetrouwde familie van Golan Apcar. (Dochter Laura Apcar huwde met Garnick Jordan.)

Goed, zoals gezegd eerder, de heren G.J. Apcar en J.C. Jordan waren – behalve familie- ook nog weknemers van de Galoehan Estate met eigenaar Golan Apcar. (J.C. Jordan had ook nog een prive handelszaak in van alles wat te verkopen viel.)

In 1922 omtrent werd de estate verkocht aan de HVA en werd het Armeens stafpersoneel vervangen door Nederlands staf personeel.

Dit was voor de heer Jordan niet zo bezwaarlijk aangezien hij toen al circa 60+ jaren oud was en het tijd werd voor pensioen. Voor G.J. Apcar was het een andere zaak, want hij was amper in dienst en getrouwd en een kind, dus er moest op één of andere manier brood op tafel komen. Nuziytten Armenen niet al te snel met een droge boterham want familie zorgt voor je als je even niet uit de voeten kunt wegens een lege beurs.

G.J. begon een zaakje van import van een soort balsem en een poeder en volgens de advertenties waren dit wondermiddelen geschikt voor bijna alle dagelijkse kwaaltjes zoals hoofdpijn, jeuk, buikpijn, griep, verkoudheid en zelfs aambeien; het scheen te werken, want G.J. vraagt aan J.C. of hij een stukje opslagruimte bij hem kan hebben, hetgeen niet geweigerd werd.

J.C. Jordsn woonde respectievelijk eerst op Peneleh 50 en later in de Profetenstraat 8, piepkleine huisjes, maar goed genoeg om er te wonen en wat ruimte te delen met G.J. Apcar. Meer had J.C. Jordan niet nodig; zijn vrouw was reeds overleden, kinderen de deur uit.

 

 

 

 

Voor het overige betreft J.C. Jordan verwijs ik naar de pagina Jordan Carapiet Jordan.

Al met al heb ik helaas niet meer kunnen vinden over G.J. Apcar en zijn gezin.

Hebben zij de oorlog overleefd? Zijn zij voor de oorlog vertrokken uit Indonesia? Naar India gegaan of UK of de USA of terug naar Nieuw Julfa?

 

Wordt eventueel vervolgd.

 

Moge zij rusten in vrede.

Terug naar boven